Wiebes betoogde in de Tweede Kamer: ten minste 200 miljard investeren in de reductie van CO2-emissie, dat kan best in Nederland!
Geen CO2 meer
Op 11 december debatteerde minister Wiebes over zijn plannen om de energietransitie concreet vorm te geven. Nederland gaat in 2050 geen CO2 meer uitstoten, terwijl we in 2016 nog goed waren voor een emissie van 200 megaton per jaar. Dat is een uitermate goed voornemen, maar het gaat wel wat kosten: ten minste 1 miljard euro per megaton CO2-reductie per jaar. En als je een van de tien rijkste landen van de wereld bent, dan is dat wel het minste wat je kunt doen: ik onderschrijf daarom van harte de plannen opgenomen in het recente regeerakkoord. Wiebes begrootte de kosten onlangs op 7-21 miljard euro per jaar: 1-3 procent van het nationaal inkomen.
Door sceptici is er wel commentaar geleverd: als alleen Nederland in 2050 geen CO2 meer uitstoot, dan is dat immers nauwelijks meetbaar op wereldschaal, simpelweg omdat Nederland maar 0,4 procent van de energie in de wereld consumeert. Mijns inziens is dat een niet-steekhoudend argument dat afleidt van het feit dat we als een van de rijkste landen in de wereld voor 100 procent onze verantwoordelijkheid zouden moeten nemen in dezen.
Minimale investeringen
Maar die critici hebben natuurlijk ook wel ergens gelijk: als alleen de puissant rijke landen de middelen hebben om te investeren in de reductie van de CO2-emissie, dan verandert er feitelijk niet heel erg veel in de wereld. Enkele procenten aanwas van de Chinese economie leidt tot een extra CO2-uitstoot die meer is dan wat Nederland met een investering van 200 miljard euro ooit kan besparen. Het feit dat de door Rutte geopperde klimaat-kopgroep inmiddels al verdampt blijkt te zijn, doet het ergste vermoeden. Daarom is het van evident belang dat we naarstig op zoek gaan naar maatregelen die slechts minimale investeringen vergen.
Een van de weinige opties om zonder hoge investeringen een reductie van de wereldwijde CO2-emissie te bewerkstelligen is het verduurzamen van onze verlichting. Ledverlichting heeft als een van de weinige technologieën de potentie om heel goedkoop substantiële energiebesparingen mogelijk te maken. Wanneer we de verlichting in Nederland verduurzamen, dan levert dat een reductie van 5 megaton CO2-emissie op ofwel 2,5 procent van wat we in Nederland in zijn totaliteit willen realiseren in 2050. En het betaalt zich in 3 jaar terug.
Ledlampen zijn acht keer zo efficiënt als gloeilampen, zes keer zo efficiënt als halogeenlampen en twee keer zo efficiënt als tl- en spaarlampen. Strategies Unlimited (het meest gerenommeerde marketingresearchinstituut op het gebied van ledverlichting) becijfert dat vorig jaar wereldwijd inmiddels 15 procent van de geïnstalleerde lampen ledlampen waren. Verder is haar projectie dat we wereldwijd in de komende vijf jaar een toename tot zo’n 20 miljard ledlampen zullen zien. Er komen dus gestaag zo’n 3 miljard ledlampen per jaar bij. Volgens sommigen is dat een ongekend snelle adoptie van een nieuwe technologie, maar aan de andere kant duurt het met dit tempo toch tot 2030 voordat inmiddels achterhaalde lichttechnologie volledig van het toneel verdwenen is. Daarmee laten we een heel goedkope optie om de CO2-emissie snel te verlagen grotendeels onbenut.
Waarom het zolang duurt
Er zijn volgens mij drie redenen waarom het zolang duurt: (1) het meest voorkomende koopgedrag van consumenten is om als een lamp defect raakt een identiek lampje te gaan kopen, (2) de handel en de lichtindustrie verkopen liever tien maal een eco-halogeen lamp (2.000 branduren) van 1,99 euro in plaats van eenmalig een ledlamp (20.000 branduren) van 4,99 euro en (3) er worden in lampenwinkels nog steeds armaturen verkocht waar alleen inefficiënte G9 halogeenlampen in passen (waarvoor nog geen ledlampen beschikbaar zijn).
Het zou aanbevelenswaardig zijn als retailers, webshops en doe-het-zelfketens het gidsend voorbeeld van IKEA zouden volgen: daar wordt inmiddels alleen nog maar ledverlichting verkocht. Alleen wanneer dimmers of transformatoren niet goed werken met ledlampen zou je nog halogeenlampen moeten willen toepassen. Fluorescentielampen (tl- en spaarlampen) zouden mijns inziens per direct uit de handel genomen kunnen worden.
Ik geloof niet dat consumenten in dezen van slechte wil zijn. Maar omdat het de meeste Nederlanders niet lukt om uit te rekenen hoeveel geld je kunt besparen met energiezuinigere verlichting, pleit ik om – heel simpel – iets soortgelijks te doen als waartoe de tabaksindustrie in het verleden verplicht is gesteld. Laat op lampverpakkingen een soortgelijke sticker als ‘schadelijk voor de gezondheid’ plakken. Ik ben benieuwd hoeveel eco-halogeen en spaarlampen er nog over de toonbank gaan met deze stickers! Ook een stijlvolle uplighter met een 150W staaf-halogeen lamp krijgt een feestelijk labeltje met ‘dit armatuur uitgerust met een 150W halogeenlamp verbruikt de komende tien jaar 270 euro meer aan energie dan een armatuur met een 15W ledlamp’. Ik neem er gif op in dat zulke stickers heel wat effectiever zijn dan wachten op dwingende regelgeving uit Brussel…